Post Tagged ‘cultuur’


Op het hedendaagse sterfbed
ligt de mens op zijn buik te verlangen
naar een teug adem zonder pijn in de borst
terwijl de slangen in zijn kille nest zuurstof pompen
voor de eeuwige strijd om het voortbestaan
in de schemer van een purperrode avond.

Buiten regent de eenzaamheid langs de ruit
over de door de meeste mensen verlaten straten
kruipen zwerfkatten onder het afval uit van de horeca
pissen verdwaalde honden hun geur op luide avondklokken
vermenigvuldigen delende cellen hoofdpijnen in de kopjes
boordevol geschiedenis van een samenlevingsarm bestaan.

Zichzelf deppend onder een ‘quilt’ van gestikte mondkapjes
voor de vele persoonsvormen in zijn overbevolkte bovenkamer
maakt een leger bromvliegen van zijn gehoorgangen bulderbanen
aerosolen geladen met virusdeeltjes verstoppen zijn beide neusgaten
tot de president van de wereld uitroept dat het nu wel volbracht is
nu zijn stemmers ondersteboven gehangen wortel schieten
op de i-phone van zijn thuiswerkende zakenpartner
waar hij in een hologram post mortem voortleeft
kopstoten uitdelend als een zwarte specht
eeuwig happend naar de laatste adem.


Mezelf zijn (4)

De kunst verstaan

tegen de stroom in te roeien

voor een eigen plek tussen al die anderen.

De behoefte bevredigen

verbannen, verschopt en verworpen te worden

voor een eigen identiteit.

De geest rijp maken

met de illusie dat wijzelf bepalen wie we zijn

voor het rijk der vrijheid.


 

Mezelf zijn (3)

 

Een lijfspreuk voor wie

de tijdgeest het voor

het zeggen heeft

 

Een spijkerbed voor

de anderen die zo graag

over zich heen laten lopen

 

Een slaappil en een wekker

voor wie er gedachteloos bij willen horen

mijzelf zijn en blijven

 


Mezelf zijn (2)

Als een klopgeest waart de slagzin in mijn hoofd rond

mezelf te moeten zijn en blijven

op ieder moment dat ik ademhaal borrelt dit hersenzuur op

maakt van mijn hoofd een bovenbuik

waarin bellen als boeren een mond zoeken

om aan de druk te ontsnappen

al tegensputterend.

Jezelf niet zijn daarmee doe je jezelf tekort

ben je een dief van de portemonnee van het ik

de leverancier van je persoonlijkheid

zo zeggen de psychologen in koor.

Hun gezang moet de twijfels overstemmen

van wie meent dat zo’n credo het blad voor de mond verdort

je mondkapje wegkaapt om je niet voor wat je uitlaat te hoeven schamen.


Mijzelf zijn

Een naam is mij al te groot,

maar zonder ben ik niet

wie ik zou kunnen zijn.

=

Voor wie mij kennen wil,

zodat ik kan wonen 

tussen al het leven om mij heen.

Mij is van alle kanten bang

voor een ik als een ding,

een jas zonder armsgaten.

—–

Vlissingen, 26 september 2020


Een onbezorgd 2019

Als de dagen niet meer bezorgd worden

Geen getourmenteerde hoofden meer door de brievenbus

Onbezorgd die dagen ergens zelf kunnen afhalen

Een heel jaar lang zoen ik zijn vadsige wang

Is mijn kwelgeest zelf eens bang

 


k-vier-gestalten-5

Het vurige wezen, wonend in de borstkas, plant zich in familietakken voort, kan boos- en goedaardig zijn en wordt als innerlijke hartstocht gevreesd, verwelkomd, geprezen of verworpen.

Het wordt gevoed door de omgeving, die het als het slechtste of het beste in de mens naar boven kan halen.

Ooit is het als fabeldier geboren. Toen de in één schepper gelovende mensheid in de ban was van de slang in het Hof van Eden. Daar dankt hij zijn vurigheid aan, al zijn overige stemmingen en vooral de negatieve klank van een ruziezoeker, een kort lontje, een driftkop, een vechtersbaas met een onberekenbaar karakter en (als het vuur gevaarlijk is) een terrorist.

Tegenwoordig wordt het vuur eerder met hartstocht verbonden dan met inborst en is wat zich in de borst bevindt niet meer afkomstig van een mythische slang. De moderne mens geeft de voorkeur aan neutrale betekenissen zoals gemoedstoestand, karakter en aard.

Men zwaait nu met normen en waarden om de inborst te temmen en keert deze zich tegen de maatschappij dan is ieder geweld opeens geoorloofd om het wezen de wereld uit te helpen.

We missen dompteurs en een circus waarin de inborst zich kan onderwerpen aan de oefeningen om een amusante speler in het geheel te zijn.


panthe-bloost

Gevangen in het net van plaats en tijd
spint zij haar draden met oneindig geduld
een leefwijze om niet te moeten wachten
op een liefhebber voor haar schat

Als schaduw van de twijfel
wekt haar naaktheid onverhuld afschuw
ligt zij in het midden van alle gedrukte leugens te zonnen
heb je een paard nodig om te kunnen vluchten als je haar spreekt

Zij die de duivel doet blozen
de veiligste leugen is, de kreet van ieder
ouder dan de rotstekening
is het spel van een enkeling

Zij verdwijnt als ze te dicht benaderd wordt
groeit omdat men haar groot maakt
wordt tevergeefs in graven meegenomen
in de broze armen van dichters getroost

Onveranderlijk is zij dood en mag je hopen
dat zij in de kist van een schilder begraven is


Tante Croos in bh groen roze met taart en gedicht blog

 

Ze heeft niets met een zelf gekozen levenseinde.
Het absolute zijn fascineert haar.
Dat kan haar nooit lang genoeg duren.

Het liefst tussen mensen zonder doodsangst.
Die het bestaan als kauwgom in de mond nemen.
Verwante zielen, al dunt het klupje ieder jaar weer een beetje verder uit.

Ze is wel bang voor een eenzame dood.
Van alle angsten lijkt haar die het meest gerechtvaardigd.

Aan de andere kant: met zo’n stille dood haalt haar onopgemerkt leven wel de krant.


Spookvlinder 4

 

Uiteengespat vragen doodshoofdvlinders zich af
wat de mens bezielt die op zomerse dagen
hen in een netje vangt en thuis ontzielt

Of dat dier bedwingbaar is dat hen met een speld zonder klagen
doorboord toevoegt aan zijn wand vol verzamelingen
en zo graag staart naar hun massapraalgraven

Tot op een dag zijn hebbedingen
spontaan ontploffen en hij op het glas
nog slechts de resten ziet van waar hij zo trots op was


Nieuw jaar 2016

Toen het nog niet voor zich sprak
hoe de jaarwisseling in elkaar stak
bedacht men godenfiguren die zorgen
voor de nodige overgangswaarborgen

Zag men de tijd aan voor een rivier
waarvan de doorstroming op het spel stond
wanneer het oude jaar als een dooie pier
zich in het schijndodenhuis bevond

Met aan iedere vinger een belletje
dat rinkelde bij beweging onder het velletje
was Vadertje Tijd er vroeg genoeg bij
wekte het nieuwjaar liggend op zijn zij

In die middeleeuwse gedachtegang
schuilt een oh zo menselijke hang
naar een leven dat blijft duren
zelfs na het laatste uur en

Dat het nieuwe jaar moet brengen
Wat het oude niet heeft gedaan
Niet zozeer het leven verlengen
Maar wel van alles erop en eraan

Van voorspoed, vrede en geluk voorzien
en een blakende gezondheid bovendien
zodra we de gong van Chronos horen slaan
voor de volgende ronde in ons aardse bestaan

Wanneer het oude jaar met stille trom
vertrekt, draait Vadertje Tijd de zandloper om
heft het nieuwe jaar zijn kale hoofd op
met het hemels uurwerk doortikkend in zijn kop

Klinkt Studio Artaaa met u op een creatief begin
van een nog zo jeugdig jaar en de zin er in

Oud en nieuw 2015


Maurits brits met hakblok en kerfstok

In 2016 vieren we vijf eeuwen Huis van Oranje-Nassau als een vrolijke geschiedenis van een vorstenhuis dat aan ons eigenlijk schijt had. In de duistere kant van het vaderland neemt Studio Artaaa u aan de hand mee voor een tijdreis door het nageslacht van de Vader des Vaderlands, Willem De Zwijger, met wat sprongetjes in de lucht waar erflaters waren gevlucht

Was Bertus Aafjes nog in leven
Dan had hij dit lied geschreven
Over de verdrongen duistere kant
Van de erflaters van ons vaderland

Nee, we noemen geen namen
Nee, namen noemen we niet
Prins Maurits hoeft zich niet te schamen
Voor zijn tenu dat lijkt op die van Zwarte Piet

Echter anders dan zijn vader De Zwijger
Was Maurits wel een bloeddorstig krijger
Niet vies van een fundamentalistische show
Onthoofdde hij zijn leermeester Johan van O.

Zijn broer Frederik Hendrik, de Stedendwinger
Hield met een privé-leger spionnen de vinger
Aan de pols van het regentendom en beroofde
Op zijn tochten iedereen die niet in ‘m geloofde

Zijn zoon, Prins Willem II, deed een greep naar de staat
Maar struikelde over de kosten van zijn defensieapparaat
Ontsnapte in ’t opstandige Amsterdam maar ternauwernood
Aan het woedende volk dat uit was op zijn verdrinkingsdood

Zijn zoon, Willem III, profiteerde sluw van een Franse legermacht
Hield zich van de domme toen de broers De Witt werden omgebracht
Dromend van meer en meer macht besteeg hij de Britse troon
Een dodelijke val van zijn paard was zijn verdiende loon

Pas in 1814 ontpopte zich weer een absoluut monarch in het Oranjehuis
Gedreven door ondernemingslust maar in de politiek niet thuis
Verspeelde Willem I Zuidelijk Nederland aan de opstandige Belgen
Terwijl zijn zoon zich door hen wilde laten kronen en al trots zat te zwelgen

Geboren als vechtjas was Willem II desondanks wel tot buigen in staat
Bond zich als koning aan de grondwet voor een plaats in ’t staatsapparaat
Zijn zoon Willem III vergaf zijn vader nooit de overdracht van soevereine macht
Vertrok naar Engeland als balling tot men hem het op een dienblad bracht

Zijn Russische vrouw, Sophie van Württemberg, was echter zo kien
Om bij hem een erfelijke aanleg voor megalomanie te voorzien
Met kanonneerboten van de Nederlandse vloot wilde hij op een goede dag
Oprukken tegen Zwitserland, omdat men hem daar naakt op een balkon zag

Het was de tweede vrouw van Willem III, haar moeder Emma, die daarom
Hun dochter Wilhelmina Spartaans klein hield tot haar volwassendom
Dat weerhield haar niet van woedeaanvallen, ook niet dat haar hart
Uitging naar spektakel en dat ze wars was van het delen van haar smart

Zij was noch een democrate, noch een republikein en we lezen in haar registers
Dat ze het liefst onder generaals verkeerde en een afschuw had voor ministers
“Als ik geen koningin was, was ik ook republikein”, sprak echter Juliana haar tegen
Jarenlang vocht ze een paleisoorlog met haar man uit over een medium, zonder degen

Door deze populairste Oranje-aller-tijden verdwenen de duistere kanten
Uit het zicht, maar Beatrix liet ons meteen zien dat zij wel wist van wanten
Zij was een Oranje van de oude stempel, autocratisch van temperament,
Geneigd ministers te overvleugelen, het parlement te passeren als ballentent

Van de broze Willem=Alexander weten we nog niet echt zeker
Of hij het redt, wel dat hij liever strijdt om een of andere wisselbeker
Zijn duistere kanten zitten vooral in het ontbreken van het zicht op zijn talent
Maar dat kan veranderen als het klimaat vraagt om een daadkrachtig watermanagement


Proefschrift A3

Toen de mens koper leerde bewerken was er nog geen schrift uitgevonden. Voor wie in een schepper gelooft, moet dat een flinke verrassing (geweest) zijn. Immers, uit zijn woorden vloeide alles voort. Dan is het toch onbestaanbaar dat hij op die uitvinding moest wachten tot de mens er behoefte aan kreeg. De mens moet dus al vroeg goddeloos zijn geweest.

Wie op het idee kwam, is niet meer vast te stellen. Wel dat het schrift al gebruikt werd voordat Abraham boodschappenjongen van drie religies tegelijk werd. Het was in ieder geval niet het woord van zijn god dat noopte de schrift uit te vinden. Archeologen hebben andere verklaringen bedacht.

Hun verhaal luidt dat pas op het einde van de kopertijd (ca. 3300 v. Chr.) er behoefte aan ontstond. Deze kwam voort uit een toenemende vraag naar boekhouding in de handel. Maar ook naar een onbetwijfelde vastlegging van de rechtspraak in de hiërarchische samenleving nam de vraag toe. En (natuurlijk) was een nette administratie van de belastingafdracht aan de gemeenschap een belangrijke bron.

Deze grote stap in het beschavingsproces is als het ware ontstaan door onenigheid of vergeetachtigheid, waar de handel, de rechtspraak en de belastingafdracht door bemoeilijkt werden. Men legde heel creatief in pictogrammen vast wat niet meer tegengesproken kon worden. Nu wil het geluk dat in Vlissingen zo’n pictogram gevonden is, waaruit we kunnen opmaken dat het vroegste schrift een proefschrift was van metaalbewerkers.

Volgens de lokale archeoloog wijst de zeer fijn getekende voorstelling op een beschaving die zich bewust was van de grootte van die stap en al meteen een religieuze waarde eraan toekende. Die interpretatie ontleent hij aan de altaarachtige opstelling van het boek. Hoe het ook zij, de eerste poging was niet meteen raak. Het koperdraad liet zich te gemakkelijk buigen en dat zou voor de geschetste behoefte geen soelaas bieden. De vrees was dat men ermee zou knoeien. Wat met de kennis van nu niet onterecht is gebleken.


Onbevrucht

Op de rand van de bakplaat poept ze onbeschaamd en zonder een spatje eiwit een prachtige, bijna goudgele, dooier. Zie het dier als vrucht, kakelt ze wanneer ik verbaasd naar haar bedoelingen vraag. Ruik je de gisteren geoogste mais en de heerlijke, ongemalen verteerde, granen?

Ooit waren jullie eters van alleen planten, dronken je verre voorouders elkaars melk. Dat deden ze voor het binnenkrijgen van vitaminen die in vlees voorkomen en gelukkig ook in eieren, onderwijst ze mij op het frikkige af. De enorme kip, die toevlucht heeft gezocht in mijn keuken vanwege de eetlust van mijn buren, leert me dat haar onbevruchte eieren van nature bestemd zijn voor menselijke consumptie. Waar zijn ze anders goed voor?, parafraseert ze een bekende koffiecupreclame.

Volgens haar is het echter verstandig om af en toe een stukje goed vlees te eten. Het liefst van een dier dat veel gras heeft gegeten. Drie eieren per dag kan ook, maar dan mis je variatie. Dat zou op den duur niet goed zijn voor je gezondheid dan wel je eetlust, besluit ze haar voedingsadvies.

We zouden ook elkaar kunnen opeten, opper ik als alternatief. Per dag vallen er tegenwoordig genoeg slachtoffers, die nu nutteloos onze mond voorbij gaan. Het scheelt bovendien een steeds duurder wordende begrafenis en alle kosten die erbij komen voor het opbaren tot en met het grafrecht.

Dat doe je niet, protesteert de hen, zelfs als dier eten we de eigen soort zelden op. Fijntjes wijst zij op het onsterfelijk verleden van dat taboe. Al spring ik een gat in de lucht met kreten als ‘leef in het nu!’en ‘geniet van het moment!’ Zij houdt vol dat we dat helemaal niet kunnen. Niet zozeer vanwege een ethiek. Jullie brein kan niet zonder het verleden functioneren, spot ze met mijn nieuwlichterij.

Talrijke ervaringen zijn, volgens het erudiete dier, op een geheim plekje in ons hoofd opgeslagen. Zonder die database nemen we geen besluiten en kunnen we ook niet zien wat we denken te zien. Het dier als vrucht beschouwen is kennelijk deel van onze ervaring, stel ik peinzend over mijn eetlust vast De mens als eetbaar beschouwen niet. Of het is ons ooit slecht bekomen. Althans zo proef ik opeens in mijn gedachten.


Yes we can 1 A3 Blog

Het leven van deze wijkbewoner is volledig gekwantificeerd. Als lid van een zogeheten ‘quantified community’ heeft het lokale zenuwcentrum (aldus de volksmond) alles van dit subject gemeten. Vanaf de dag dat deze mensachtige er een woning betrok tot nu toe. Vandaag heeft hij of zij (wie zal het zeggen) een tweede huid aangetrokken, wat de gevraagde data levert aan deze variant van de historische stadstaat.

Tot op de gekste plekken hebben ze de wijk vol sensoren gestopt, waardoor men van top tot teen alles en iedereen in ‘real time’ kan analyseren. De bestuurders van zo’n ‘smart city’ kunnen naar eigen goeddunken de rekencentra data laten verzamelen, bestanden koppelen en zonder tussenkomst van wakkere mensen preventief ingrijpen. Bij geluidsoverlast kan men met een eenvoudig algoritme zelfs de bron op afstand dempen en bijvoorbeeld digitaal de tong van een schreeuwlelijk verlammen.

Om de consumptie, het gedrag, het humeur, het gewicht, de lichaamsbeweging, kortom de gehele maatschappelijke, geestelijke en lichamelijke gezondheid te optimaliseren worden nu nog polsbandjes aanbevolen. Echter voor een totaal gekwantificeerd leven is een kunsthuid ontwikkeld. De slimme stedeling heeft die huid aan en ervaart meer privacy dan ooit. Virtueel naakt is zijn of haar natuurlijke staat voor alles en iedereen verborgen. Met een eigen smart body-app in de vingers kan hij of zij het optimale voorwenden dat de lokale overheid op het oog heeft.


De zwanenhelm

Zijn goddelijke gaven waren bij de talentenjacht niet onopgemerkt gebleven. Integendeel, hij kreeg de eerste prijs zo soepel op het hoofd gedrukt dat het niet anders kon zijn dan dat de helm voor hem gemaakt was.

De voorzitter fluisterde dat in zijn oor en ook het geheim van het Wagnergenootschap, de organisator van de zanger-componisten-wedstrijd. “Onder dit hoofddeksel wordt je opnieuw geboren. Het vlies van De Componist zal als licht nooit meer doven. We verwachten een wederopstanding van hem in jou, jongen. Zodat de wereld voorgoed verlost wordt van de gevoelloosheid op alle gebieden. Niet in de laatste plaats de politiek, maar ook de religie en de muziek zelf. Als een schildknaap draag je de toorts van zijn zeggingskracht.”

Onder de zwanenhelm broedt hij op zijn goddelijke taak tot de kop van Richard Wagner zelf achter hem opdoemt. “Wat wil je ouwe?”, reageert hij instinctief op het wel erg vlezige portret. “Je geheel en al bezitten”, ginnegapt de man die ooit door Hitler zich in zijn graf omkeerde. Omdat Oom Wolf zijn naam misbruikte.

Een reveille uit de goten van de Graal, het lokale financiele centrum, spoort hem aan uit zijn puberslaap te ontwaken. “Dank God dat je geroepen bent het te horen!”, parafraseert Het Portret zijn eigen libretto. Als een speer vliegen de gedachten van de ene hoek naar de andere in zijn bovenkamer. Het betere ik weet het bange mij in het hart te raken. Innerlijk diep gewond, uiterlijk kerngezond componeert, zingt en speelt hij op zijn keyboard:

‘Slechts één ding kan ons nog helpen
slechts één poort maakt het ongedaan
waar ons gehoor zich bedient van schelpen
verstopt een vetzuchtige traan de druppelende kraan

Hele zinnen zijn vlees geworden
heel de wereld een gebroken brood
een hoger zelf eet uit de halflege borden
drinkt zijn wijn uit glazen gemaakt van schroot

Hoor: wij zijn de wereld, wij zijn het heelal
wij zijn dagelijks getuige van hun zondeval
van vrijbrieven voor een schaamteloze geldzucht
van dreigbrieven met een even schandelijke kapitaalvlucht

Zie: wij zijn de absolute meerderheid in getal
laten wij een scheet harder dan de oerknal
zitten we op een geheel verwoeste planeet
in de geldregen uit een kolossale hemelse reet


Waar was de mens nog meer

Fladderen als een vlinder
door de moestuin van zijn vader
al appels plukkend, bessen ritsend,
pruimen stelend en de knekels van het fruit
met zijn vrienden ronddragen in vaders klomp

Niets kon het spel bederven
tot zijn schoffel plots gods toorn
doorgaf in een keiharde lompe stomp
toen hij met zijn vriendjes geheel opging
in een christelijke begrafenis van het klokhuis

Ziedend over een pasje van zijn kind
die er zelf totaal geen fout in kon ontdekken
vernederde hij hem voor het oog van zijn wereld
en verwekte in een nacht tijd een levenslange angst

Vanaf die dag voelt hij de dierlijke jacht op de ander
vraagt hij zich af waar is de mens nog meer?


Ballade van Narayama

 

Voorgeschreven dood

Met een flinke voorraad huid
gerimpeld als oudjes, de tijd instappen
opgroeien tot we voldoende gezwollen zijn
voor een aansprekend, liefst praktisch levensdoel

Zoals een welwillende partner vinden
met wie we een nieuwe voorraad huid maken
voor een kind dat voorspoedig gezwollen tot volwassene
ons bijna dood, maar nu alleen mors, naar een knekelplaats sjouwt

Zo verliep ook het leven in de ballade van Narayama
de berg waar je naar de top werd gedragen, eenmaal zeventig jaar oud
op de warme klamme rug van je oudste zoon naar een voorgeschreven dood
hard zoals het leven was, niet harteloos, maar zo gewoon voor een nutteloze mond

Het huidig rimpelen en verschrompelen tot je klok stilstaat, heeft ook wel wat
maar ben je het leven zat, dan verlang je naar die tijd en plaats die in je dood voorzag

.

.

.


Mantelinge 2

Nooit meer oorlog
De oneindige schreeuw van Käthe Kollwitz
Honderd jaar geleden weer sneuvelde haar zoon Peter
Je proeft nog zijn as in het houtskool van haar tekening

Geen zier heeft het geholpen
Haar vele gedenktekens ten spijt
In steen, in brons, in ijzer en in koperen platen
Nog dagelijks sterven ze, zelfs kindsoldaten

De boom is het herdenken beu
Als oersymbool van het leven onder
Een halve krans van zijn meiboomneven
Heeft hij er tieten van gekregen

Hij protesteert in deze natuurlijke staat
Tegen de schijnheiligheid dat men er toch mee doorgaat


To be or not to be
Iemand zijn waar niemand omheen kan. Twee uitersten van dit zelfbeeld poseren samen op het plaatje. Hun volhardend streven om in beeld te blijven weerlegt dat het om 15 minuten wereldberoemdheid zou gaan. Andy Warhol vergiste zich. Dat kwartiertje kan nooit volstaan. Het vergt een hele onderneming om wie je denkt te zijn in de lucht te houden.

De 90-jarige Jan Poot is ruim een kwart van zijn leven bezig rechtsmisbruik in Nederland te bestrijden. Hij ziet zich geplaatst voor een goddelijke opdracht, omdat niemand anders die strijdbijl oppakt. Hij bazuint als een hogepriester rond wraak te willen nemen op het systeem, dat hij door en door verrot acht. De media willen hem niet echt serieus nemen, maar dat deert hem niet. Hij heeft geld zat om tot na zijn dood ermee door te gaan. http://www.nrcombudsman.nl/artikel/2286/interview-jan-poot-in-de-volkskrant.html/comment-page-1

Kurt Coleman daarentegen wil zijn nog jonge leven wijden aan de verspreiding van de boodschap dat hij perfect is. Geen andere tiener op de wereld zou qua schoonheid aan hem kunnen tippen. Dat moeten dagelijkse ‘selfies’ bewijzen en barse tweets over wie niet in hem gelooft. Vele uren per dag steekt hij in zijn onderneming de perfectste tiener van de wereld te zijn en te blijven. De media draaien hun vingertjes pesterig in zijn engelenhaar, maar dat gaat volkomen aan hem voorbij: http://kurtjaycoleman.tumblr.com/page/3
http://www.hln.be/hln/nl/959/Bizar/article/detail/1856368/2014/04/17/IJdelste-tiener-ter-wereld-Ik-ben-gewoon-perfect.dhtml

Beiden zouden zo Shakespeares “To be or not to be” onderschrijven. Beiden hebben “Ik ben OK, jij bent OK” als een gezonde levenshouding verworpen. In de strijd om erkenning van het eigen gelijk is voor hen “ik ben OK, jij deugt niet” de mantra geworden. Het komt steeds vaker voor dat het individu de hele wereld uitdaagt. Of het nu om ijdelheid gaat of om gerechtigheid, de media serveren zo’n individu graag af. Waarom eigenlijk? Het stikt van de ijdelheid op de buis. Op onrecht draaien alle persen.