Dubieuze opvattingen over de Islam en levensruimten zetten de toon
In de praktijk van het minderheden- of integratiebeleid veranderden in de loop der tijd de slogans, maar de uitvoering daarvan op lokaal niveau werd niet doortastend aangepakt. Het georganiseerde overleg van de overheid met migrantenorganisaties bleef gekaderd in de Nederlandse traditie van geïnstitutionaliseerd multiculturalisme: de verzuilingsfiguur.
Hoewel de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) nadrukkelijk adviseerde van deze traditie af te stappen, werd ook hier van aangereikte kennis geen gebruik gemaakt. Integendeel de Chinese gemeenschap werd aan het circus van het georganiseerde minderhedenoverleg toegevoegd door het eerste kabinet Balkenende.
Het onderwijs in eigen taal en cultuur, ooit als middel ingezet om de terugkeer van migrantenkinderen naar het herkomstland te vergemakkelijken, bleef ongewijzigd voortbestaan, omdat kennis van de eigen taal ook het leren van Nederlands zou vergemakkelijken.
Alle intenties ten spijt om een achterstandsbeleid op algemene grondslag te voeren worden organisaties en activiteiten op etnische grondslag nog altijd gul door de overheid ondersteund. Menig evaluatie-onderzoek mag verzuchten dat de middelen anders moeten worden aangewend, er verandert niets substantieels waardoor positieverbetering en inburgering een wassen neus zijn.
Sinds de millenniumwisseling mag het debat in een stroomversnelling terecht zijn gekomen, de wijn is slechts zuurder geworden en alleen de zakken zijn van aard en omvang veranderd. Die werden massaal groter, groeiden tot een volksbeweging en emotie-politiek deed zijn intrede.
De sensationele opkomst en het even ongebruikelijke optreden van Pim Fortuyn in de Nederlandse politiek, deden de grondvesten van de democratie, de gevestigde partijen en het poldermodel wankelen. De parvenu politicus poetste het statische cultuurbegrip weer op met zijn stelling dat de Islam een achterlijke cultuur is en pompte het gevoel van onvoldoende levensruimte, dat Nederland vol is, verder op dan ooit
Tot dan toe werden beide noties verwerpelijk geacht door het zo beschaafd en tolerant bekend staande Nederland, omdat ze aanschurken tegen het nationaal-socialisme. Kiezersonderzoek laat echterv zien dat alleen deze kern van het minderhedenstandpunt van de Lijst Pim Fortuyn ‘het volk’ aantrok. Hoezeer Fortuyn probeerde zijn verwerping van de Islam met ‘een achterlopende cultuur’ te verzachten. Zijn opvattingen riekten naar de apartheidsideologie zoals Dr. Verwoerd die voor Zuid-Afrika bedacht had en bleven discriminerend.
De verharding van het minderhedenstandpunt was toen ook al in en rond de Partij van de Arbeid hoorbaar. Paul Scheffer, Arie van der Zwan en Ayaan Hirsi Ali kwamen met multiculturele drama’s op de proppen die ze alleen door volledige aanpassing van de moslims of uitstoting oplosbaar achtten.
Alle omzwaaiers definiëren opeens sociale problemen vanuit een bepaald normatief denkkader. Terwijl een volwassen democratie, die uitgaat van constitutionele pluriformiteit, hetzelfde maatschappelijke vraagstuk vanuit verschillende normatieve denkkaders op zeer uiteenlopende wijzen hoort te belichten.
Scheffer bekritiseert aanvankelijk terecht het gemakzuchtige van het multiculturalisme in Nederland, die integratie tezeer als een kwestie van tijd ziet. In zijn analyse negeert hij echter de discussies in landen als Canada, waar het multiculturalisme veel meer geïnstitutionaliseerd is, en daarmee de al enige decennia opgebouwde politicologie over deze invalshoek. Het multiculturalisme is in Nederland ook nooit zo openlijk beleden en actief omarmd als in Angelsaksische landen, waardoor het hier louter een welzijnsbegrip is gebleven.
Vanaf Fortuyn wordt het openbare debat gedomineerd door het oproepen van spoken met dubieuze opvattingen over de Islam, de nationale cultuur en levensruimte voor het eigen volk, maar ook door een half begrip van de eigen issues. Veel van de energie ging verloren door het op de spits drijven van zaken die in een dorp nog begrijpelijk zijn, maar in een stedelijke samenleving provinciaals aandoen. De stormloop tegen de hoofddoekjes is daar het dieptepunt van.
Ik vertrek, denk je dan
Geplaatst: 15 oktober 2016 in CommentarenTags:blunder, emotiepolitiek, mannenpraat, pleur=op, politieke hooligan, politieke mist, Rutte, verkiezingsstrijd, vers van de pers
Ik vertrek, denk je dan!
Mijn pleur-op is geen misdraging
schatert de eerst verantwoordelijke
het uit voor het sleutelgat
van de camera
vanaf het voorplecht
op het onverveerd verwilderde
schip van staat
Denkend aan Holland als voorman
ziet hij geen vervaging
van onze noordelijke
norm voor wat
passend gevonden wordt, ja
ook niet in het recht
van spreken geschilderde
tenen krommen waar het om gaat
Geergerd woorden spuwen
tegen een brutale camera
voor ’t oog van een geframet volk, tja
dat doet niets schuwen
wekt bij hem nu eenmaal de lust op
ongeremd los te gaan
in onvervalst Haagse mannenpraat
dat niet mis is te verstaan
waar het op slaat
ook niet door de partijtop
Ik vertrek geen spier
heeft hij zich voorgenomen
die met niemand wil samenwonen
zolang zijn termijn loopt als een tierelier
Al voelt hij zich diep van binnen een hele vent
er wringt het recht van spreken in het parlement
als een politieke hooligang in verkiezingsstrijd
die met zijn onderbuik meent dat hij het land erdoor bevrijdt.