Maar Siegfried schoot wel
De waan van de zwaan kapot
De dans ontspringend
–
–
–
maar bovenal is
dit lekker dier slimmer dan
zijn beulen denken
(hij evenaart de zoon van de god van de mens van het scheidingsverhaal, dat een voiceover eindeloos blijft herhalen terwijl de dansers hem op zijn poten zetten om over het water te lopen, dat een wad, kreekrug of dekzandkopje verbergt)
zijn apocalyps
is dat wij als zoutpilaar
blijven voortleven
(hij kijkt ons spiedend aan en zelfs niet even om naar de verzilting van de mensenstam aan de buitenkant van zijn verhaal, maar ziet in de spiegellens dat de uiteengevallen mens loot wie omkijkt en een angstige Hornbachman met een zelf gehamerboorde tattoo van de van hem gescheiden Waterjuffer de klos zal worden)
als de zee droog is
de aarde puur modder is
is hij aan de macht
(de dansers beroeren al zijn zintuigen, die tot zijn genoegen waarnemen dat de natuur de mens opgeslokt heeft in het zout der aarde om de smaak te maken van een nieuwe tijd. De voiceover schalt: als hij meer gelijk is aan de ander dan deze voor mogelijk houdt en hij zich moddervet kan vreten aan hun authentieke salarissen, zal het varken de enige bankier worden en zijn onderdanen de vermodderde mensheid niet sparen in zijn laatste oordeel)
Rotterdam, kunstboulevard Oranjeboomstraat in aanbouw, 1 juli 2011
Een engelenkoor
opgevouwen in mijn hart
sleept me door de nacht
Laat alle goden
naar beneden komen voor
een stille wacht
Een vliegend kind ben
ik, zwevend door mijn dromen
de trap op en af
Het hout aflikkend
dat smaakt naar het fruit dat zij
mij te proeven gaf
Voordat ik val voel
ik de armen om me heen
slaan die ik miste
Als ik mijn ogen
open legt zij haar vinger
op mijn bange mond
Zeven jaren lang
gewiegd en het is volbracht
ik sliep vast die nacht
Uit: Heel de breuk
Waarom een grafkist vierkanterig moet zijn en een gedicht bevat, is op De Hiaten een heilige aangelegenheid waar men niet veel over kwijt wil. Uit de schaars verstrekte informatie kan men opmaken dat een grafkist voor een gedicht toch vanzelfsprekend vierkanterig moet zijn van ontwerp. Het is immers een ingesnoerde tekst en dat wordt automatisch een blok dat stapelbaar is: klaar om mee te nemen bij de zielsverhuizing van de gehele gemeenschap.
De kussenachtige kubusvorm straalt een zachte rust uit in tegenstelling tot de langwerpige kist die zo hard als een steen overkomt. De overledene wordt na inpakking van alle botjes in haiku’s bijgezet in een terp. Mijn informant schetst razendsnel het meest gebruikte voorbeeld in het zand:
dood dood dood dood dood
dood dood leven dood dood
dood leven leven leven dood
dood dood leven dood dood
dood dood leven dood dood
dood leven dood leven dood
leven dood dood dood leven
dood dood dood dood dood
“Had men dit niet gedaan, dan was het fout gegaan en lagen nu onze voorouders op hun broze schouders”, lichtte hij toe en fluisterde er nog achteraan dat de terp zou instorten en dat dat de heilige rust in het dodenrijk flink zou verstoren.
“Het is bovendien ook nog zo”, brannde hij los, “dat men nu goed kan zien dat we leven met de dood letterlijk om ons heen. Ieder woord dood is een gewicht dat op een stukje leven drukt. Ieder woord leven staat voor een verpakt lichaamsdeel. Bij zieken en gehandicapten zorgen we dat ontbrekende delen door aardewerk vervangen worden. We zijn immers toch van klei gemaakt en worden straks weer nieuw leven ingeblazen als de openingen om uit de tijd te komen voor iedereen een feit zijn.”
De Argeloze treft het. Zijn informant schenkt hem wat achterovergedrukte gedichten van gelichte graven van uitheemse Hiaten, die herbegraven zijn in eigen land. Ze blijken boodschappen voor de goden te bevatten over de verwachtte zorg voor de kistbewoner. Ze verwijzen naar het verpakte lichaamsdeel, dat tot het bot is kaal gevreten door de heilige roofvogel Hiernanixs en dat in geval van uitheemse skeletten is bewerkt tot de figuur van een hangvrouw. Zou je het geheel rechtopzetten dan krijg je een totem van hangvrouwen, wat de Argeloze doet vermoeden dat de hangvrouw staat voor de eeuwigheid en als symbool de onsterfelijkheid verbeeldt door afwezigheid van enige beweging.
In één pakje zit een complete heup, die bewerkt is tot een figuur van vijf aan elkaar vastgeknoopte hangvrouwen; waarvan de matten spieren lijken te zijn en die per botje verpakt zijn in haiku’s als:
Een wieger die van
geen ophouden weet, neem haar
daarom stevig beet
Uit: Poëtisch volk, Die Hiaten!
Dier en humor
Het paard op de gang
is voor een Schlager niet bang
hinnikt de brandslang
Uit: Lolbroeken dragen